Op de hofdag van koning Nobel de leeuw komt iedereen opdagen behalve Reinaert de Vos. Alle dieren klagen bij de koning over het gedrag van Reynaert: hij heeft een worst gestolen van Courtois het hondje, hij heeft Herzine, de vrouw van Izegrim de wolf, aangerand…De klachten houden niet op. Alleen Grimbeart de das, de neef van Reinaert, verdedigt hem. Als Cantecleer de haan komt, met het lijk van zijn door Reynaert vermoorde dochter kip Coppe op een brancard, besluit koning Nobel dat Reynaert te ver is gegaan. Hij wordt voor het gerecht gedaagd. Hij moet aan het hof verschijnen.
De koning geeft Bruun de beer de opdracht Reinaert te halen. Reinaert veinst tegen Bruun dat hij graag met hem mee zou gaan, maar dat een vreselijke buikpijn hem dat belet. Hij heeft namelijk te veel honing gegeten. Honing??? Bruuns vraatzucht doet hem gelijk zijn opdracht vergeten. Reinaert maakt Bruun wijs dat in een omgehakte, gespleten eik een enorme voorraad honing zit. Bruun steekt zijn kop in de spleet, Reinaert slaat de wiggen weg, waarmee de spleet wordt open gehouden en Bruun zit vast. De dorpelingen zien Bruun en mishandelen hem, hij rukt zich los en ontsnapt. Gehavend keert hij terug naar de koning en brengt verslag uit.
De volgende onderdaan die de opdracht krijgt Reinaert te halen is Tibeert de kater. Een sluwe kat als Tibeert laat zich niet zo makkelijk in de luren leggen, zo denkt de koning. Alles gaat volgens plan, totdat Reinaert tegen Tibeert begint over vette muizen. Vette muizen?? Die lust Tibeert wel. Reinaert leidt hem naar de schuur van de pastoor. Daar stikt het volgens Reinaert van de muizen. Reinaert weet dat de zoon van de pastoor in de schuur een strik heeft gezet omdat hij er zelf pas een kip had gestolen. Tibeert komt vast te zitten in de strik. De hele familie van de pastoor komt op zijn gekrijs af. Ze slaan hem met alles wat ze voor handen hebben. Blind aan één oog en onder het bloed keert Tibeert terug aan het hof.
Als laatste wordt Grimbeert de das aangewezen om Reinaert voor het hof te dagen. Komt hij niet, dan worden hij en zijn familie vogelvrij verklaard. Reinaert kiest eieren voor zijn geld, neemt afscheid van vrouw en kinderen en gaat met Grimbeert mee.
Aangekomen bij het hof, ziet hij dat de galg al voor hem wordt klaargemaakt. Razendsnel bedenkt hij weer een list. Hij beweert dat een slechte opvoeding en slechte vrienden hem dreven tot zijn wanddaden. Bij zijn strooptochten met Izegrim, hield de wolf de buit altijd voor zichzelf. Alleen dankzij de schat kon Reinaert zijn gezin en zichzelf in leven houden. Schat??? De koning spitst zijn oren. Hoort hij dat goed? Reinaert vertelt dat zijn eigen vader een schat had gevonden, die hij wilde gebruiken om met andere dieren, waaronder Izegrim de wolf en Brunn de beer, een staatsgreep te plegen. Om dat te voorkomen heeft Reinaert de schat verplaatst naar een geheime plek. De koning verblind door hebzucht, vraagt Reinaert hem die plek te wijzen. Dat zou Reinaert graag doen, ware het niet dat de paus hem ontboden heeft in Rome, voor een boetedoening. Maar de koning kan de schat zelf vinden in Kriekeputte. Reinaert wordt vrijgesproken. De vermeende coupeplegers worden opgesloten. Onder vrijgeleide van Cuwaert de haas en Belijn de ram verlaat Reynaert het hof. Ook die twee misleidt hij. Cuwaert bijt hij zelfs zijn kop eraf. Als de zich machtig, wijs en rechtvaardig achtende koning ontdekt dat de schat niet bestaat, en dat zelfs hij zich, verblind door hebzucht, in de luren heeft laten leggen door Reynaert slaakt hij een oerbrul die in het hele land te horen is.
't Puttertje 