
Ons huisje in Landal Twenhaarsveld.
Geert Snijders
Ons huisje in Landal Twenhaarsveld.
Kinderen spelen in de fontein op het plein. “Ouders kochten vroeger droge kleren voor de kinderen bij Zeeman, als ze weer verder wilden trekken”, hoor ik een man zeggen
Een echtpaar komt even bij me kijken. ‘Dat deed mijn vader ook graag,” zegt de vrouw, “na zijn pensionering kocht hij een klein ezeltje en trok hij erop uit met de fiets. De watermolen van Diepenheim, die is mooi om te tekenen!”
Met twee jongetjes heb ik een gesprek over tekenen. Ze houden ook van tekenen, maar weten vaak niet wat ze moeten tekenen. Ik geef ze het advies om na te tekenen, net als ik. Met “Nou, ik zou zeggen: lekker doorgaan!”, beëindigt één van de jongens het gesprek en ze fietsen verder.
Ik ben vergeten de windvaan te tekenen.
Warmoesstraat, Haarlem. Een mevrouw tikte per ongeluk met haar fiets de voorste fiets aan en vervolgens vielen alle fietsen erachter als dominostenen om. Het was een grappig gezicht, maar die mevrouw kon er niet om lachen: ”Ik laat ze mooi liggen. Ik ben het zo zat die fietsen. Ik kom mijn eigen huis niet meer in. Ze zetten ze maar ergens neer, terwijl er overal in de stad stallingen zijn!” Terwijl zij aanstalte maakte het huis achter me binnen te gaan, begon ik de fietsen overeind te zetten, toen ze dat zag, hielp ze nog even mee.
Het bruggetje van meneer Takma uit “Van oude menschen, de dingen, die voorbijgaan…”, Mauritskade, Den Haag.
Vrouwe van Rijnsburgerbrug, Delft. Het huis met de klokgevel was vroeger van de beiaardier, wist een man, die naast me zat op het bankje, te vertellen.
Gevangenpoort, Buitenhof, Den Haag. Rond 19.30 uur. Koningsnacht komt geleidelijk tot leven. “The live I live” van Q65 hoor ik links van me, rechts van me speelt een band op een podium langs de Hofvijver. Van een man van de ordedienst krijg ik twee Haagse Hopjes.