

Jacobswoude is een verdwenen dorp dat op het grondgebied van de huidige gemeente Kaag en Braassem lag.
In de geschiedschrijving komt Jacobswoude voor het eerst voor in het jaar 823. Men denkt dat toen ambachtsheer Jacob van Woude het gebied in leen kreeg van Lodewijk de Vrome. Hij bouwde -in de buurt van de houten kapel van het ambacht Esselijkerwoude- een burchten noemde die Ter Woude. Rond deze burcht vestigden zich een aantal boeren waarmee de buurtschap Jacobswoude werd gevormd. In de 12e eeuw was priester Hendrik er pastoor, die ook actief was bij de ontginning van het land. De naam Jacobswoude werd nog eens in het jaar 1283 genoemd. In 1494 telde de buurtschap 38 woningen. De middelen van bestaan waren visserij, veeteelt en het winnen van veen. In 1522 werd de later wegens ketterij veroordeelde Jan de Bakker er pastoor. Rondom het oorspronkelijk dorp werd het veenafgegraven, waardoor het in het midden van de 18e eeuw als een eiland in het water lag van de latere Vierambachtspolder. Hierdoor raakte Jacobswoude in verval. De bewoners verhuisden naar Woubrugge. Er staat een monument op de plek waar Jacobswoude lag, bij de kruising van de Kruisweg (richting Woubrugge) met de weg van Alphen aan den Rijn naar Leimuiden, de Herenweg (de N207). Het monument werd volgens sommige bronnen onthuld op 30 juli 1913, maar op het huidige monument staat het jaartal 1747–1936. (Bron: Wikipedia)

Op de rugleuning van deze bank staat de tekst: “Voorheen stond hier de jacobswoudsche kerk. In 1586 verdween dit oud historisch werk.”
Onder de zitting is een hier gevonden grafsteen ingemetseld:
Hier leit begraven gysbert
bevwensz van middelborch
gestorven den 22
november int iar ons
heeren 1620
Ende Lysbet AertsD van Middelbvrgh syn hvysvrovw
sterf den 2 Ivny 1630

Fort Matilo lag op de plaats waar het Kanaal van Corbulo aftakte van de Rijn. Het Kanaal van Corbulo was de veiligste scheepvaartverbinding tussen het achterland van de Maas en de forten langs de Rijn. Waarschijnlijk is Matilo tegelijk met het kanaal gebouwd, rond het jaar 47. Matilo werd opgegeven toen het kanaal in onbruik raakte en het fort in feite niets meer verdedigde.
Het terrein van Matilo is een archeologisch monument, waar niet gegraven mag worden. Wel is met grondradar vastgesteld dat het fort 82 bij 100 meter groot was, met een hoofdkwartier van 32 bij 32 meter. Het terrein is opgenomen in een stadspark dat de contouren heeft gekregen van het castellum. Zo slaat men twee vliegen in één klap: de archeologische resten worden beschermd terwijl het fort zelf op een bijzondere manier weer terugkomt in het landschap. (Bron: https://www.romeinen.nl/romeinse-limes/plaatsen/leiden)
Een leuke aanvullende les.
LikeLike